KiM: Energieketens voor CO2-neutrale mobiliteit–Efficiëntie, kosten en ruimtegebruik in beeld
Samenvatting
Elektrisch vervoer is een efficiënte manier om mobiliteit CO2-neutraal te maken, maar is niet voor alle modaliteiten geschikt. Vervoer op waterstof en synfuels zijn alternatieven, maar vergen 2 tot 5 keer zoveel windmolens.
Om CO2-neutrale mobiliteit te bereiken is CO2-neutrale energie cruciaal. Hiervoor bekijken we vier opties: elektriciteit, waterstof, synfuels (gemaakt uit waterstof en CO2 of N2) en biobrandstoffen. We richten ons op complete energieketens: van productie, transport, opslag en distributie, laden/tanken tot en met gebruik in het voertuig. De vraag is steeds: wat zijn de energie-efficiëntie, de kosten per afgelegde afstand en het ruimtebeslag?
Bij alle vier de ketens is CO2-neutraliteit in principe haalbaar, maar ze verschillen onderling sterk in de manier waarop dit wordt bereikt en in mate van geschiktheid voor diverse modaliteiten.
Toepassing van elektriciteit in mobiliteit heeft van de onderzochte opties het kleinste energieverlies, een klein ruimtebeslag en lage kosten per afgelegde afstand. Het energieverlies en het ruimtebeslag van waterstof en synfuels zijn 2 à 5 keer groter. Hoeveel ruimte biobrandstoffen voor mobiliteit innemen, hangt sterk af van de oorsprong van de gebruikte biomassa: komt die uit (landbouw-)residuen dan is het ruimtebeslag nihil en daarmee het kleinst van alle opties, maar komt die uit speciaal geteelde energiegewassen dan is het ruimtebeslag juist het grootst. Qua kosten kan rijden op biobrandstoffen concurrerend zijn met elektrisch rijden, hoewel de onzekerheden groot zijn.
Elektriciteit is (net als waterstof) met name geschikt voor wegverkeer en binnenvaart, en niet of minder voor zee- en luchtvaart over lange afstand. Synfuels en biobrandstof zijn te produceren in een vorm (‘drop-in’) die zonder aanpassingen in alle modaliteiten geschikt is. Andere typen synfuels en biobrandstoffen vergen wel aanpassingen aan de voertuigmotor.
Het ruimtegebruik hoeft niet in Nederland te zijn: elektriciteit, waterstof, synfuels en biobrandstof (of de biomassa) kunnen ook uit het buitenland worden geïmporteerd, wel nemen de energieverliezen (en daarmee ook de kosten) toe met de afstand tot Nederland.